Demografie & leefbaarheid

 

In 2013 woonde ongeveer 2,3% van de Nederlandse bevolking in het overwegend rurale Waddengebied; dat zijn ruim 382 duizend mensen (CBS Statline). Binnen het Waddengebied zijn grote verschillen in de groei en afname van de bevolking van verschillende dorpen en steden. Terwijl in cijfers op gemeenteniveau deze verschillen vaak verborgen blijven, laat de onderstaande kern-indicator de bevolkingsontwikkeling over 2000-2010 zien op buurtniveau.

Bevolkingsontwikkeling 2000-2010, per buurt

Bevolkingsontwikkeling 2000-2010

[Bron] [Download de data] [Meer info]

Naast verschillen in de ruimtelijke spreiding van de bevolking kan ook gekeken worden naar verschillen in de aantrekkelijkheid van gemeenten als woonlocatie. Een goed beeld daarvan wordt gegeven door het samenspel van twee kern-indicatoren: het (netto) migratie saldo uit verhuizingen tussen Nederlandse gemeenten, en de gemiddelde WOZ-waarde in gebieden.

Bevolkingsontwikkeling 2000-2010 [Bron] [Download de data] [Meer info] [Bekijk in SEED]

Het migratiesaldo is het saldo van vertrekkende en zich vestigende personen – vanuit of naar een andere Nederlandse gemeente. Omdat migratiesaldi sterk kunnen fluctueren van jaar op jaar is het zinvol om het migratiesaldo over enkele jaren te berekenen, en zo tot betekenisvolle cijfers te komen.

Gemiddelde WOZ-waarde woningen, 2011, per buurt

WOZ-waarde 2011

[Bron] [Meer info] Een hogere gemiddelde WOZ-waarde in een buurt geeft aan dat mensen bereid zijn relatief veel te betalen om hier te wonen, vergeleken met buurten met lagere gemiddelde WOZ-waardes. Dit geeft een vrij compleet beeld van de aantrekkelijkheid van buurten, omdat woningwaarden niet alleen weergeven hoe groot of mooi woningen zijn; ze reflecteren ook globale verschillen in nabijheid van aantrekkelijke natuur, werkgelegenheid en voorzieningen

Ga naar de thema pagina in SEED